De helden van Arnout in de voetsporen van Jean-Baptiste Popelaire de Terloo

Het dagboek van Jean-Baptiste Popelaire brengt Arnout Hauben en cameraman Jasper Stoefs tot diep in het Peruviaanse regenwoud. In 1840 legt Jean-Baptiste, Brussels baron en enfant terrible, hetzelfde parcours af. Hij is gebeten door de reismicrobe en gebruikt de erfenis van zijn vroeg overleden ouders om een wereldreis te maken. Zo komt hij terecht in Peru, een land vol onontdekte Incaschatten en weelderige natuur. In het regenwoud vindt hij honderden dier- en plantensoorten, die hij opstuurt naar het pas opgerichte Museum voor Natuurwetenschappen in Brussel.

Als het dagboek van Jean-Baptiste verloren raakt in België, dreigt het opmerkelijke verhaal voorgoed vergeten te worden. Gelukkig ontdekt Arnout een Chileens tijdschrift uit de jaren ’20 met Spaanse aantekeningen van Jean-Baptiste. Zo reconstrueert hij de tocht en brengt hij een stukje vaderlandse geschiedenis terug naar huis.

Misselijk op 5000 meter hoogte

Arnout:

"Deze reis was fysiek de grootste uitdaging. We moesten over het Andesgebergte naar het tropische regenwoud trekken. Bijna liep het fout toen ik erg ziek werd op een bergpas van 5000 meter hoog. ‘s Avonds kon ik niet meer op mijn benen staan en was ik enorm misselijk. Jasper heeft me toen letterlijk in bed gestopt. Daarna moesten we het tropische regenwoud trotseren. Het eerste dier dat we tegenkwamen was geen vogel, maar een zeer giftige slang die een rat aan het oppeuzelen was. De sfeer was gezet.”

Uitgebreide vogelverzameling in Museum voor Natuurwetenschappen

Tijdens zijn ontdekkingsreis gaat Jean-Baptiste Popelaire zijn interesse vooral uit naar vogels. Hij stuurt honderden vogels naar het Museum voor Natuurwetenschappen en ontdekt zelfs de gekuifde draadkolibrie. Sindsdien draagt deze vogel de naam Discosura Popelairii.

Jasper:

“Ik had een zeer speciale lens mee om vogels te kunnen filmen. Geen overbodige luxe, de kolibrie die we zochten was maar drie centimeter groot. Als kind amuseerde ik me al met het filmmateriaal van mijn vader, ook cameraman, om in de tuin vogels te filmen. Dat is in Peru heel goed van pas gekomen.”

Arnout:

“In het Museum voor Natuurwetenschappen zochten we de opgezette vogels terug bij elkaar in de archieven om ze fotograferen. Sommige dozen waren al in geen honderd jaar geopend en waren nog behandeld met mottenballen en arsenicum! Handen wassen was de boodschap na de bijzondere fotoshoot.“

Jeroen Venderickx, collectiebeheerder Museum voor Natuurwetenschappen:

“Dankzij Jean-Baptiste nam de vogelcollectie van het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen een vliegende start. Hij gaf de moderne wetenschap een stevige duw in de rug. Alleen al met de gewervelde dieren komen we aan een kleine 500 stuks. Mineralen, gesteenten en planten rekenen we niet eens mee.”

Mummie in Kuifjesalbum Hergé

Ook mummies vinden dankzij Jean-Baptiste hun weg naar ons land en zijn vandaag nog steeds te bezichtigen in het Museum voor Natuurwetenschappen. Een van de mummies die hij naar België opstuurt, wordt later door Hergé onsterfelijk gemaakt in het Kuifjesalbum De 7 kristallen bollen.

Stem dagboekfragmenten: François Beukelaers De helden van Arnout, aflevering 7: maandag 9 oktober om 20.40 uur op Eén

Krijg het laatste FrontView Magazine nieuws in je Facebook nieuwsoverzicht: